Windturbinebladen op basis van epoxy kunnen opnieuw gebruikt worden met behulp van chemische recycling. Tot die conclusie komt de Deense windturbinefabrikant Vestas, in samenwerking met Stena Recycling en chemieproducent Olin.
“We kunnen oude bladen op basis van epoxy nu beschouwen als een bron van grondstoffen”, zegt Lisa Ekstrand, vice-president en hoofd duurzaamheid bij Vestas. Zodra deze nieuwe technologie op grote schaal wordt toegepast, kan oud bladmateriaal dat momenteel op stortplaatsen ligt, evenals bladmateriaal in actieve windparken, worden gedemonteerd en hergebruikt. “Dit luidt een nieuw tijdperk in voor de windindustrie en versnelt onze reis naar circulariteit”, zo claimt de fabrikant.
Inmiddels hebben in Europa de eerste turbines het einde van hun operationele leven bereikt. Turbinebladen waren voorheen moeilijk te recyclen vanwege de chemische eigenschappen van epoxyhars, een stof waarvan men dacht dat die onmogelijk in herbruikbare onderdelen kon worden afgebroken. Dit bracht technologieleiders ertoe te proberen epoxyhars te vervangen of aan te passen door alternatieven. De oplossing van Vestas breekt epoxyhars chemisch af tot grondstof. Vestas gaat zich nu richten op het opschalen van het nieuwe chemische demontageproces tot een commerciële oplossing.